Een vrolijke noot klinkt als een klok. Maar het gaat niet alleen om de klinkende munten.
maandag, maart 13, 2006
Voetbal - Coen Moulijn, Feijenoord
Toen ik nog een klein Rotterdammertje was, ging ik wel eens met mijn Vader en mijn Opa naar Het Stadion. We gingen dan in Opa's Fort Taunus, van Rotterdam Noord helemaal naar het verre Zuid. Opa reed dan heel lang rond voor een plekkie, en dan moesten we nog een rot eind lopen naar De Kuip. Ik had geen belangstelling er in, vond het alleen maar leuk dat ik met mijn Vader en Opa mee mocht. Mijn Opa zat zich altijd druk te maken, tijdens de wedstrijd zaten zijn benen geen seconde stil en zijn handen trilden. Ik snapte er niets van, aldat ge-ren op het veld achter die stomme bal aan. Zo ook op een dag, ik weet het jaar niet meer, stopte de wedstrijd plots. Er renden mensen het veld op met bloemen en vlaggen, een van de spelers werd opgetild en rond gedragen.
Mijn Vader en Opa juichten en klapten als bezetenen mee. En die man had niet eens een doelpunt gemaakt! Dat werd me toch te gek. Ik trok net zo lang aan Vaders arm tot ik zijn aandacht had. Wat gebeurt er, riep ik, wie is die vent? Mijn Vader liep rood aan, dit is COEN MOULIJN gilde hij mij toe. Maar hij heb toch niet gescoort? riep ik. Mijn vader draaide zijn handpalmen naar de lucht als in uiterste wanhoop. HET IS ZIJN AFSCHEIDSWEDSTRIJD, brulde hij. Ah zei ik, en haalde mijn schouders op. Even later ging de wedstrijd nog een kwartiertje verder zonder die Coen. Op weg naar de auto legde mijn Opa zijn hand op mijn schouder en fluisterde "je vader gaat voorttaan maar alleen, ik vind er ook geen donder meer aan." en gaf me een vette knip oog. En Opas wil was wet, want we zijn daarna nooit meer geweest. Vader ging nog wel af en toe met de tram er naar toe, maar lang heeft hij dat niet vol gehouden.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten